( 1u30 – 4 Km ) – buiten het park Chlorophylle

Kijkt u naar het park, met de brasserie achter de rug, dan vertrekt de wandeling aan uw linkerkant.

Na 100 m neemt u de weg links die over circa 800 m daalt.
De eerste naaldbomen links zijn sparren aangeplant in 1967. Sinds 1990 worden om de 6 jaar delen van het bos gekapt.
Rechts ontdekt u een natuurlijk aangegroeid loofbos, bestaande uit beuken, eiken, berken en haagbeuken.
Op bepaalde plaatsen kan u op sommige bomen horizontale gekleurde lijnen bemerken. Op die bomen staat een genummerd plaatje, bv. 16.
Dat duidt een jachtpost aan. Bij de klopjacht begeeft elke jager zich naar de post die hem bij loting toegewezen werd. Een twintigtal jachtposten bakenen zo het jachtgebied af, waarin het wild wordt opgejaagd.
In de Ardennen kan u herten, reebokken, everzwijnen, damherten en hun wijfjes gadeslaan. U zal echter weinig klein wild zoals bosduiven, houtsnippen en hazen aantreffen.
Tegenover jachtpost 16 werd een brede gang gekapt om het machinaal vellen van bomen en het afvoeren van het gekapte hout te vergemakkelijken.
U loopt nog steeds rechtdoor totdat de weg eindigt in T – vorm. Daar gaat u naar links en steekt een beetje verder een beekje over waarin u misschien kleine forellen kan ontwaren.
Na 50 m, rechts inslaan. De weg stijgt lichtjes en u wandelt door een aanplanting van naaldbomen uit 1927.
Daarna ziet u links natuurlijke zaailingen van berken, sparren en andere boomsoorten die later uitgedund worden.
Die uitdunning bestaat erin de stevigste en mooiste stelen te selecteren om daarmee een ecologisch evenwichtiger woudbestand uit te bouwen. Nog steeds aan uw linkerkant, bemerkt u een aanplanting uit 1995.
Verderop bereikt u een didactisch pad dat uit Forge-à-l’Aplez komt. Neem dan de weg links die u naar het Kruis van Hambeu leidt. Het Kruis staat verscholen achter vier eikebomen. U slaat opnieuw de weg links in en wandelt tussen aanplantingen uit 1945. Dan komen er nog jonge aanplantingen uit het jaar 2000 en die leiden u naar een houten uitkijktoren, door de jagers gebruikt om het wild gade te slaan. Daar geniet u ook van een prachtig vergezicht op het Aisnedal waarin ook de Boerderij van Bergister te zien is.
U herneemt dezelfde weg en loopt door aanplantingen uit 1922 en verdere uit 1990 : deze naaldbomen, genaamd “ douglas “ staan er sinds 1962 en zijn bijzonder hoog. Wanneer u de naalden van die douglassoort tussen de vingers wrijft, ruikt u citroenkruid.
Neem nog links en wandel langsheen het “ Parc Chlorophylle “. Links ontspringt de bron van het beekje dat u daarstraks overstak.
U eindigt in het park waar u 1 m hoog in een berk een heksenbezem kunt ontdekken, een 200 meter onder de loopbrug.